Deelnemer Bioclear In het Dagblad van het Noorden
Bron: Dagblad van het Noorden
Het vergt enig voorstellingsvermogen: een betonblok dat bij elkaar wordt gehouden door bacteriën. Maar bij Bioclear Earth werken ze daar serieus aan.
Het oogt als een normaal betonblok. Maar er zit leven in dit blok, want er leven beestjes in, héél veel héél kleine beestjes. Bacteriën. Grind en zand zitten erin, maar geen cement. Want die bacteriën zorgen voor het cement.
Sytze Keuning, Ruben Oost en Akkelien Jansen zitten erbij alsof het niets bijzonders is. Maar zij werken binnen Bioclear Earth al meer dan een jaar aan dit project. En bacteriën zijn bovendien ‘dagelijkse kost’ voor bodemspecialist Bioclear.
Ruben Oost, tegenwoordig in vaste dienst als specialist bodem & water, begon een jaar geleden als stagiair met het ‘levende’ betonblok. Akkelien Jansen, nog chemie studerend op de Hanzehogeschool, buigt zich als stagiair over de tweede fase van het project. En Sytze Keuning is als directeur van Bioclear Earth min of meer de aanstichter van dit experiment.
Twee nieuwe werelden
,,We brengen twee heel nieuwe werelden bij elkaar in dit experiment’’, zegt Sytze Keuning. ,,De vraag is hoe je het beton beter kunt maken zonder cement. Wij denken in bodemstructuren, we willen bodemeigenschappen manipuleren met biologische processen. En met dit soort beton zouden we misschien vloeistofdichte lagen in de bodem - onder een tankopslag bijvoorbeeld - kunnen maken.’’
Bioclear Earth wroet elke dag in de bodem, het is al 30 jaar het werkterrein van de Groningers. Maar met dit biobeton kun je meer. Ruben Oost: ,,Het is ook te gebruiken op verharde fietspaden, of in dijkversteviging..’’
Hoewel het ontwerp van het bioblok nog in een testfase zit en er al druk wordt nagedacht over de toepassingen, weet Keuning al wel dat het bacteriebeton het begin kan zijn van grote en mooie effecten op het milieu. Bij de productie van cement komt veel CO2 vrij, mondiaal is cement goed voor 8 tot 9 procent van de CO2-uitstoot. Voor wat meer houvast: de luchtvaart is verantwoordelijk voor 2 tot 3 procent. De blokken kunnen net als beton mechanisch met een puinbreker worden gerecycleerd; de reactie kan niet worden omgedraaid.
Innovatie
Het project is niet bijzonder binnen de muren van Bioclear. Er lopen elk jaar bij het bedrijf vijf tot acht studenten rond die zich mogen bezighouden met innovatieprojecten. Er is op de jaarbegroting van Bioclear 15 tot 20 procent van de uitgaven bestemd voor innovatie. Keuning: ,,Je moet in een bedrijf als het onze veel pionieren. We hebben om die reden hier ook altijd vijf tot acht studenten rondlopen. Die brengen het innovatiegevoel mee.’’
Akkelien Jansen werd zo met het ‘levende betonblok’ belast. Haar taak is het om de stevigheid en belastbaarheid te vergroten, het bioblok te optimaliseren. Hoe ze dat doet? Aan de massa van bacteriën, zand en grind in feite steeds meer bacteriën toe te voegen. ,,Die bacteriën kitten het grind en zand aan elkaar’’, zegt ze. ,,Ze produceren calciet, met veel calciumcarbonaat, en dat heeft een effect dat vergelijkbaar is met cement. Je doet het op kamertemperatuur.’’
Keuning vult aan: ,,Het is een chemische reactie, het geeft een vrij stevige verbinding. Het mooie is dat het een natuurlijk proces is. De kunst is alleen het gereguleerd te doen.’’
Akkelien Jansen wist tot en half jaar geleden niets van bacteriën. Ze kijkt nu met interesse naar de mogelijkheden van biochemie. Keuning: ,,Van dit soort projecten leer je heel veel. Wat we doen is technieken combineren. Biologie en chemie zijn niet zo verschillend als wel gedacht wordt, ze bestaan beide uit chemische processen.’’
Recepten uit literatuur
Het stoeien met bacteriën in constructies is niet een heel nieuwe techniek. Er is ongeveer tien jaar geleden al mee geëxperimenteerd maar het heeft nooit tot grote resultaten geleid. Voor zover Keunings blikveld reikt, is dit het enige project dat loopt en toch wel wat houvast geeft. Ruben Oost: ,,Uit literatuuronderzoek haal je een recept. En daarmee ben ik vorig jaar begonnen. Je bouwt aan de hand verbeterende recepten een steeds steviger blok. En na zo’n blok heb je steeds weer nieuwe ideeën hoe het nóg beter kan.’’
Een duurzaam georiënteerde aannemer uit de Achterhoek is geïnteresseerd. De blokken zouden op dit moment geschikt zijn als tijdelijke afrastering. Het is het begin van een toepassing. Keuning: ,,We zullen er niet meteen een gebouw van maken, maar er zijn best andere mogelijkheden als dit beton sterker wordt. Ik zie mogelijkheden maar er moet nog wel wat gebeuren.’’
En het is zoeken naar toepassingen. Bioclear zoekt dan in het veld naar partijen die bereid zijn een pilot te beginnen. ,,Je hebt partijen nodig met visie en het besef dat een product nog niet klaar is. Ze moeten weten dat er nog een traject te gaan is. De een wil wat nieuws, maar een ander is bereid nog wat te experimenteren. Beide type partijen heb je nodig.’’
Toeval
Keuning heeft al wel 30 jaar ervaring met dit soort vraagstukken. Waar het op aan komt? ,,Als het idee goed genoeg is, komt de rest vanzelf’’, zo spreekt de expert. ,,Een nieuw product bestaat voor de helft uit techniek en de rest is proces: concurrentie, marketing, overheid, noem maar op. Het proces is nooit helemaal te voorspellen. Toeval speelt ook een rol. Maar als je nooit wat probeert, heb je ook nooit toeval.’’